Rood-Witten
De term 'echte Rood-Witten' is een bekende term. Tegenwoordig ben je 'een Spangenaar'. Waar de grens ligt is niet geheel duidelijk. Strijd, maar met name bloed, zweet en ook tranen misschien lijken wel een factor te zijn. Hier vind u verschillende 'Rood-Witten', mensen die behoorlijk wat hebben betekend voor de club. Of het 'echte Rood-Witten' zijn dat is aan u.
Bok de Korver
Hij is wellicht de oudste legende van de club. De tribune aan de westzijde van het stadion is daarom ook naar hem vernoemd.
Hij hield niet van trainen, want extra oefening is niet heel erg eerlijk tegenover je tegenstander. Hij hield niet van uitbundig juichen, huldigingen of complimenten. Ook wilde hij niet weten wie er tegenover hem op het veld stond en had hij niet veel op met trainers. Hij regelde het liever allemaal zelf. Hij werd niet echt gezien als een virtuoos, maar wel als een tacticus die zijn tegenstander doorziet en weet wat hij daartegen moet doen.
De Korver stapt als 19-jarige in 1902 binnen bij Sparta. Hij komt over van Constantia (later Volharding), omdat hij geen zin heeft om voortdurend te reizen. Hij is in eerste instantie niet wat je normaal bij het dan zeer deftige Sparta ziet. Hij doorstaat echter de ballotagecommissie, hoogstwaarschijnlijk door zijn grote talent. Hij begint als verdediger, maar wordt al snel spil en bestrijkt het hele veld. Hij valt aan, heeft het middenveld onder controle en verdedigt.
Hij moet uiteindelijk zeven jaar wachten tot hij met Sparta in 1909 voor het eerst landskampioen wordt. Wat volgt is een echte glorieperiode met verschillende landstitels. De Korver is ook aanwezig bij de eerste wedstrijd van het Nederlands Elftal in eigen land. Op het Schuttersveld wordt er tegen België gespeeld en daar scoort hij het eerste officiële doelpunt voor Oranje. Ook wint hij de bronzen medaille op de Olympische Spelen van 1908 in Londen. De Korver wordt het meest herinnerd aan 'het doelpunt'. Het doelpunt tegen Ajax dat Sparta het zo belangrijke punt bracht om afdelingskampioen te worden in 1912. Waar bijna niemand het meer had verwacht, gebeurde het toch nog.
Hij beëindigt zijn carrière op 40-jarige leeftijd, nadat hij was teruggekeerd en hersteld van een verwaarloosde long-ontsteking. Sparta had hem in die tijd nog hard nodig om degradatie te voorkomen, want de grote glorietijden waren onderhand voorbij. De Korver was in die tijd al bestuurslid en zou dat nog ruim twintig jaar daarna zijn. Hij was een man van de club.
Tonny van Ede
Hij werd in 1924 geboren in Zwijndrecht, maar groeide op in Rotterdam Zuid. Als elfjarige mag hij al lid worden van Sparta. Hij moest daarvoor wel een trucje uithalen, omdat hij eigenlijk pas op zijn twaalfde pas mocht meedoen. Op 27 oktober 1946 debuteert hij in de uitwedstrijd tegen 't Gooi. Ruim zeventien jaar later beëindigt hij zijn loopbaan bij Sparta. Hij was in zijn laatste wedstrijd nog van enorm belang in de strijd tegen degradatie. Op 39-jarige leeftijd moet hij gedwongen afscheid nemen en met veel pijn in zijn Spartahart. Hij speelde daarna nog twee seizoenen, en redelijk succesvol ook, voor Hermes DVS. 'De Schicht', zoals zijn bijnaam luidde, was een flitsende rechtsbuiten. Hij maakte enorm veel mee, maakte heel veel doelpunten, wint één landstitel en twee KNVB-bekers, maar maakte ook strijd tegen degradatie mee. Daarnaast kwam Van Ede tweemaal uit voor het Nederlands Elftal.
Van Ede droeg iets met zich mee, waar weinig mensen van af wisten. Op zijn vijftiende vallen de Duitsers Rotterdam aan en op zijn achttiende wordt hij opgepakt om in Duits-land te werk gesteld te worden. Hij ontsnapt twee maal, waardoor hem een hoge gevangenisstraf boven het hoofd hangt. Toch weet hij steeds zijn hoofd boven water te houden. Uiteindelijk komt hij na maanden op de vlucht geweest te zijn in Engeland terecht. Daar sluit hij zich aan bij de Irene Brigade. Alle ervaringen slaan een groot gat in zijn ziel. In het voetbal vindt hij na de oorlog een goede uitlaatklep. Als hij echter stopt met voetbal komt zijn trauma zwaar naar boven. Hij komt in een depressie en het gaat niet goed. Met hulp van verschillende mensen, maar vooral zijn vrouw Gonny komt hij er weer bovenop. Van Ede en zijn vrouw zijn lange tijd een veel gezien gezicht op Het Kasteel. Hij mist haast geen enkele wedstrijd. De hoofd-tribune is uiteindelijk naar hem hernoemd en zijn urn is bijgezet in de tribune.
Denis Neville
Het betaald voetbal in Nederland is nog maar net begonnen. Sparta is in eerste instantie ietwat huiverig, maar besluit na een aantal seizoenen toch overstag te gaan. Spelers worden bij andere clubs weggehaald, zoals Ad Verhoeven en Pim Visser van Xerxes en er wordt gezocht naar een nieuwe trainer. Dat wordt de in 1916 in Londen geboren Denis Neville. Na de oorlog is Neville blijven hangen op het Europese vasteland eerst als trainer in Denemarken en later in Nederland. In Rotterdam komt hij bij VOC, een nog deftigere club dan Sparta, waar hij grote indruk maakt met zijn voetbalkennis weliswaar niet als trainer, maar meer als supporter. Na gesprekken zijn ze bij Sparta ook enorm overtuigd van deze man.
Het eerste seizoen in de Eredivisie is niet een heel groot succes. Ondanks de doorbraak van jeugdspeler Piet de Vries en de vele gemaakte doelpunten eindigt Sparta toch een beetje teleurstellend achtste. Dat wil men anders en voor het volgende seizoen wordt flink in de buidel getast. Zo wordt voor een flink bedrag Jannie Schilder gehaald. Sparta eindigt echter nog een plek lager dan het jaar ervoor. Sparta wint wel voor het eerst de KNVB-beker. Het seizoen erop is het voor Neville ook raak in de competitie. Hij wint de landstitel met Sparta. Later zou hij ook nog een tweede KNVB-beker bijschrijven. Neville is daarmee één van de meest succesvolle trainers van Sparta.
Met dank aan:
Anton Slotboom
Fotopersbureau De Jong
Leo Verheul
Nationaal Archief
Noord-Hollands Archief
Sparta Rotterdam
Maak jouw eigen website met JouwWeb